Omdat de sporen van Botrytis cinerea zo klein zijn, hebben ze nauwelijks een inwendige voedselreserve. Daarom is er behoefte aan uitwendig voedsel. Plantensap dat via kleine verwondingen naar buiten komt kan voldoende zijn. Door de inwerking van voornamelijk de eerste vorst, ontstaan er kleine haarscheurtjes in de epidermis. Dit kan een bron van infectie vormen voor schimmels, zoals Botrytis. Botrytis cinerea komt meestal voor op afstervend of dood materiaal. Op één vochtig dood blad kan deze schimmel miljoenen sporen produceren. Als er een besmette plek, bijvoorbeeld een blad, wordt aangeraakt, komt er een wolk van sporen vrij. Het is dus erg belangrijk om dood plantmateriaal zoals blad te verwijderen. Gezond weefsel wordt betrekkelijk gemakkelijk aangetast, door doorgroeien vanuit door de schimmel gekoloniseerd weefsel. Meestal is voor het doorgroeien van de schimmel vanuit aangetast weefsel naar gezond weefsel weinig vocht nodig. De schimmel beschikt over een voedselbron in het aangetaste gedeelte, met als gevolg dat gezond weefsel aangetast kan worden.